Thomas Merton “De boodschap van een contemplatief”

Ik heb twee ‘idolen’ in mijn leven: Thomas Merton en Bob Dylan. Over de eerste ga ik het hebben . Dit jaar vieren de Mertonliefhebbers van hem nml. zijn 100ste geboortedag (31 januari 1915 Prades). Ik heb al veel over hem geschreven op deze website;

Houseik ben op zijn geboorteplek geweest, op zijn sterfplek in Bangkok en Thomas_Merton_(Abbey_of_Gethsemani_Gravesite)op de plaats waar hij begraven ligt in Louisville. Ik heb inmiddels vrijwel alle boeken van hem en als er in een boek naar hem verwezen wordt koop ik dat vrijwel zeker ook. Hij is nu al 35 jaar mijn baken als het gaat om christelijke spiritualiteit.

Maar hoe geef je mensen een ‘inspirerende toegang’ tot hem? Dit jaar komt er een ‘jubileumboek‘ van hem uit in Nederland. book_9789460361951_178En daar ben ik heel blij mee. Het oude boek uit 1988 heb ik zelf wel drie keer herlezen en staat vol met strepen. Deze nieuwe uitgave/vertaling wil ik gaan lezen zonder onderstrepen…

merton_hhMaar hoe breng ik een vonk over van zijn ‘geest’? Dat hij de meest gelezen schrijver over mystiek en spiritualiteit in de VS van de twintigste eeuw zegt natuurlijk op zich nog niets. Maar als het gaat over de ‘actualiteit’; hij heeft een dialoog gevoerd met de Islam, Jodendom en het (Zen-)Boeddhisme en onderhield zich via briefwisselingen met schrijvers/denkers en politiek activisten.

Ik wil het proberen met deze ‘brief ‘ van hem die hij op verzoek van de toenmalige Paus schreef in 1967. Hij was gevraagd om een brief ‘aan de wereld’ te schrijven namens de monniken. Het werd wel heel erg zijn brief aan die ‘wereld’. Als dit je niet aanspreekt of ‘niets zegt’ moet je het niet verder proberen. ‘If it rings a bell’ is Thomas Merton zeker een goed idee! Net als met Bob Dylan. Je houdt van hen of niet. Geen probleem! (De illustraties zijn foto’s van hem of door hem gemaakt.)

grinbergDe boodschap van een contemplatief

Dierbare broeder, allereerst wil ik mijn excuus aanbieden voor het feit dat ik mij tot u richt zonder dat u mij iets hebt gevraagd. Ook wil ik mij verontschuldigen voor het feit dat ik mij achter een hoge muur bevind, wat u wellicht niet zult begrijpen. Maar deze hoge muur mag voor u een probleem zijn, misschien is hij dat evenzeer voor mij. Misschien vraagt u mij waarom ik er uit gehoorzaamheid achter blijf. Misschien bent u niet langer tevreden met het antwoord dat ik achter deze muren stilte, bezinning en innerlijke rust vind. Misschien vraagt u mij welk recht ik heb op al die rust en vrede, nu sommige sociologen voorspeld hebben dat onze jongste generatie het zal beleven dat het een ongehoorde luxe is om een eigen kamer te hebben. Ik heb daar geen bevredigend antwoord op. Het is waar, zoals een islamitisch spreekwoord zegt: “Een kip legt geen eieren op het marktplein”. mertonordinationHet is ook waar dat toen ik intrad in dit klooster waar ik nu ben, ik dit deed uit protest tegen de zinloze verwarring van een leven met zoveel bedrijvigheid, zoveel drukte, zoveel nutteloos gepraat, zoveel oppervlakkige en nodeloze prikkels, dat ik eenvoudig niet meer wist wie ik was. Maar het blijft een feit dat mijn vertrek uit de wereld geen verwijt is aan u die in de wereld bleef. Ik heb ook niet het recht de wereld louter negatief te verwerpen, omdat in dat geval mijn vertrek mij niet tot de waarheid en tot God zou geleid hebben, maar tot een persoonlijke, zij het ongetwijfeld vrome illusie.
Mag ik wel zeggen dat ik een antwoord heb gevonden op de vragen die de mensen van onze tijd kwellen? Ik weet niet of ik wel echt antwoorden gevonden heb. Toen ik pas monnik was, was ik veel zekerder van deze antwoorden. Maar naarmate ik opklim in kloosterjaren en verder doordring in de eenzaamheid, word ik er mij van bewust dat ik pas begonnen ben met het zoeken naar de vragen. Untitled-7En welke zijn die vragen? Kan de mens de zin van zijn bestaan vatten? Kan de mens eerlijk zijn leven zin geven door enkel een reeks theorieën te aanvaarden, die beweren hem te zeggen waarom de wereld begonnen is en waar die zal eindigen, waarom er kwaad is en wat er nodig is om goed te leven? Mijn broeder, misschien ben ik in mijn eenzaamheid voor u een soort ontdekker geworden, iemand die gebieden doorvorst die u niet kunt bezoeken, behalve dan misschien in het gezelschap van uw psychiater.
Misschien voel ik me geroepen een verlaten gebied van het menselijk hart te doorvorsen, waar theorieën niet meer toereikend zijn en waar men leert dat alleen de ervaring telt. Een dor, rotsachtig en donker land van de geest, soms verlicht door vreemde vuren waar de mens bang voor is en bevolkt met spoken die hij, behalve in zijn nachtmerries, zorgvuldig ontwijkt. En in dit gebied heb ik geleerd dat men niet echt weet wat hoop is, tenzij men heeft ervaren hoe dicht hoop bij wanhoop ligt. De taal van de christenheid heeft daarvan al eeuwen geleden gewaagd in andere, minder naakte bewoordingen. tree-mertonMaar de christelijke taal is zo vaak gebruikt en ook misbruikt, dat men die zo nu en dan gaat wantrouwen. U zult niet meer weten of er achter het woord ‘kruis’ nu werkelijk de ervaring staat van zondevergeving en redding of alleen maar de dreiging van straf. Als mijn woorden voor u iets betekenen, laat mij u dan verzekeren dat ik heb ondervonden dat het kruis barmhartigheid betekent en geen wreedheid, waarheid en geen misleiding; dat de boodschap van de waarheid en de liefde van Jezus inderdaad de ware blijde boodschap is, maar in onze tijd wordt die op heel onverwachte plaatsen verkondigd. En misschien vindt ze in u meer weerklank dan in mij; misschien is Christus dichter bij u dan bij mij. Dit zeg ik u zonder schaamte of schuldgevoel, want ik heb geleerd mij erover te verheugen dat Jezus in de wereld is in mensen die Hem niet kennen, dat Hij in hen werkzaam is terwijl zij zich ver van Hem wanen. smileEn het is mij een vreugde u te zeggen dat u moet hopen, zelfs als het u toeschijnt dat u van alle mensen de laatste is voor wie dit mogelijk is. U moet hopen, niet omdat u denkt dat u goed kunt zijn, maar omdat God ons liefheeft, ongeacht onze verdiensten en omdat alles wat goed is in ons, komt van zijn liefde, niet van onszelf. U moet hopen omdat Jezus met degenen is die arm zijn en uitgestoten en misschien veracht juist door degenen die Hem zouden moeten zoeken en het meest liefdevol voor hen zouden moeten zorgen, omdat zij namelijk handelen in de naam van God… Niemand op aarde heeft reden om te wanhopen aan Jezus, want Jezus houdt van de mens, houdt van hem, zo zondig als hij is en ook wij moeten de mens liefhebben in zijn zonde.

The only known picture of God; Thomas Merton

The only known picture of God; Thomas Merton

God is geen ‘probleem’ en wij die een beschouwend leven leiden, wij hebben uit ervaring geleerd dat men God niet kan kennen zolang men probeert het ‘godsprobleem’ op te lossen. Proberen het godsprobleem op te lossen is zoiets als proberen zijn eigen ogen te zien. Men kan zijn eigen ogen echter niet zien omdat men daar juist mee kijkt. God nu is het licht waardoor wij zien: niet een helder bepaald ‘object’ dat God heet, maar al het andere in Hem, de onzichtbare Ene. God is dus de ziende en het zien zelf, maar Hij wordt op aarde niet gezien. In de hemel is Hij de ziende, het zien en de geziene (d.i. degene die ziet, in wie wij zien en die door ons gezien wordt). God zoekt zichzelf in ons en de dorheid en het verdriet van ons hart is het verdriet van God die in ons onbekend blijft, die zich nog niet in ons herkent, omdat wij niet durven geloven en vertrouwen in de ongelooflijke waarheid dat Hij kan wonen in ons, daar wonen uit vrije keuze, uit voorkeur. Maar wij bestaan werkelijk enkel en alleen hiervoor: de plaats te zijn die Hij zich heeft uitgekozen voor zijn aanwezigheid, voor zijn verschijnen in de wereld, zijn epifanie. Maar wij verduisteren en ontluisteren dat alles, omdat wij er niet in kunnen geloven. Niet dat wij God haten, nee, eerder haten wij onszelf en wanhopen wij aan onszelf. Als we eens nederig en waarachtig de werkelijke waarde van onszelf zouden beginnen te vatten, dan zouden we zien dat deze waarde het teken is van God in ons bestaan, het merkteken van God ons ingeprent. Gelukkig is de liefde van onze medemens ons geschonken als middel om ons hier rekenschap van te geven. Want de liefde van onze broeder of zuster, vrouw of kind of geliefde is er om met de helderheid van God zelf te zien dat wij goed zijn. G8mMts4OKDN-amVkKu-FxtRvBOx58KWdtDK6n_l4jDIG1hkPewj-vKghHxRvkf-XU5pY0l3Gucnlz5nVHcnUucHet is de liefde van mijn beminde, mijn broeder of kind, die God ontdekt in mij, die God geloofwaardig maakt voor mijzelf in mij. En het is mijn liefde voor mijn beminde, mijn kind, mijn broeder, welke mij in staat stelt God te tonen aan hem of haar in Hem zelf. Liefde is de openbaring van God in onze armzaligheid.
Het beschouwend leven is dus het zoeken naar vrede, niet in een abstract buitensluiten van alle uiterlijke werkelijkheid, niet in een onvruchtbare afwijzing door de zintuigen voor de wereld af te sluiten, maar in de openheid van de liefde. Het begint met de aanvaarding van mijn eigen ik, zo armzalig als ik ben en misschien de wanhoop nabij, om zo tot de erkenning te komen dat daar waar God is er geen wanhoop kan zijn en dat God in mij is zelfs als ik wanhoop, dat niets de liefde van God voor mij kan veranderen, aangezien mijn bestaan alleen al het teken is dat God mij liefheeft en de tegenwoordigheid van zijn liefde mij schept en in leven houdt. 6a0133f55fd7b6970b017d42b48d06970cEn het is helemaal niet nodig te begrijpen hoe dit mogelijk is, noch het te kunnen verklaren of de problemen op te lossen die het schijnt op te roepen. Want er is in ons hart en in het diepste van ons wezen een natuurlijke zekerheid, die gegeven is met ons bestaan zelf: een zekerheid die zegt dat wij voor zover wij leven geheel en al doordrongen zijn van de zin en de werkelijkheid van God, zelfs als wij ons helemaal niet in staat mochten voelen dit te geloven of in filosofische of zelfs religieuze termen te vatten.
celtic-cross00163Broeder, de contemplatief is niet iemand die vurige visioenen heeft van cherubijnen die God op hun denkbeeldige wagen meevoeren, hij is gewoon iemand die zich met de geest heeft gewaagd in de woestijn die ligt achter de taal en achter de ideeën, waar men God ontmoet in de naaktheid van de pure overgave, dat wil zeggen in het uit handen geven van onze eigen armzaligheid en onvolkomenheid, zodat onze geest niet langer ligt vastgeklonken aan zichzelf met een krampachtigheid alsof het denken zelf ons deed bestaan.
De boodschap van hoop die de contemplatief u aanzegt, houdt dan ook niet in dat u uw weg moet gaan zoeken in de jungle van de taal en de problemen waardoor God tegenwoordig is omgeven; maar wel, of u het begrijpt of niet, dat God u bemint, dat hij in u tegenwoordig is, dat hij leeft in u. Ja, hij woont in u, roept u, redt u en geeft u licht en inzicht, dingen die onvergelijkbaar zijn met alles wat u ooit heeft kunnen lezen in boeken of horen in preken. thom5Het enige wat de contemplatief u te zeggen heeft is nogmaals u te verzekeren dat, als u in uw eigen stilte durft door te dringen en onbevreesd in de eenzaamheid van uw eigen hart durft voort te gaan en daarbij het waagt om deze eenzaamheid te delen met de andere enkeling die God zoekt door u en met u, dat u dan zeker het licht krijgt en het vermogen om te begrijpen wat ligt aan gene zijde van woorden en theorieën, omdat het te dicht bij is om uit te kunnen leggen: het is namelijk het intieme één-zijn in het diepste van uw eigen hart, van Gods Geest met uw eigen verborgen binnenste zelf, zodat u en Hij samen in waarheid slechts één Geest zijn. Ik heb u lief in Christus.
Thomas MERTON

(vertaald door de Mertonvrienden / de meeste foto’s zijn door Merton zelf gemaakt)

Reacties van vriendin Diana op A.F.Th. van der Heijden

Diana Immerzeel(Een lieve vriendin van ons (Diana) nam de tijd om uitgebreid te reageren op het interview in de College Tour. Zij verloren hun zoontje Joost van 6 jaar aan kanker. Ik heb haar teksten ongevraagd voorzien van prachtige foto’s door haar gemaakt. De teksten uit mijn blog zijn blauw.)

verdriet en verlies …. dat niet minder wordt, dat niet slijt’ — Ik wordt in de gaten gehouden door mijn eigen verdriet en dat krijg ik door op het moment dat ik dat verdriet niet ten volle voel.— verlies kan er ook ineens als een donderslag bij heldere hemel kan zijn. Dat het je helemaal opvult en verziekt en misselijk maakt en dat er geen verweer tegen is. dat je maar hebt te aanvaarden.”

Ja, dat herken ik. Eigenlijk kan ik wel eens een beetje jaloers op hem zijn. Ik merk dat de tijd bij ons ook haar werk doet: het verdriet komt nog steeds, maar het is herkenbaar. Toch ook wel rauw soms, maar het duurt korter. Gelukkig weet ik nu dat Joost niet verder weg is als ik me niet verdrietig voel of als ik blij ben. Maar v.d. Heijden heeft gelijk: je hebt het allemaal maar te aanvaarden. Tegelijkertijd is dat ook ‘prettig’, want je kan niet vechten tegen dat wat niet te veranderen is. Ik heb ooit eens gezegd: dat Joost dood is heb ik te aanvaarden, maar ik ben het er niet mee eens dat hij dood moest gaan op deze leeftijd, maar vooral niet met het feit dat het zin zou hebben. Nooit!

“Ik denk dat ik een grimmiger schrijver ben geworden daardoor… — er is een proces gaande sinds Tonio’s dood dat ik verschaming noem. — Waar ik ook kijk in mijn leven… De dingen waarvan ik ooit dacht dat ze glans hadden, dingen waarvan ik dacht dat ik ze goed had gedaan, die verkruimelen.. — Zoals bier de ochtend na een feestje is verschraalt zo verschaamd alles. — Alles wordt daardoor aangetast”.

Dit viel mij ook op. Ten eerste om de herkenning: alles verliest zijn glans en zijn zin. Alles wat je ooit bereikt hebt; alles wie je bent. Maar ik word ook wel een beetje lyrisch van zijn talent om het zo te verwoorden. Hij is natuurlijk niet voor niks schrijver. Het is een prachtig woord: verschaming. Het heeft niets met schamen te maken, maar vooral met dat alles ontdaan is van zijn belangrijkheid.

“Nee mijn doodsangst is daardoor niet groter geworden. Wel een ander soort angst; namelijk de angst om te sterven zonder iemand van je eigen vlees en bloed na te laten aan de wereld. Mijn leven zet zich niet in hem voort… – -Het is de angst om uberhaupt te sterven zonder nageslacht”.

Ja, dat gaat niet voor ons op. We hebben nog 3 kansen. Zelf ben ik niet meer bang voor de dood omdat ik dan – zo hoop ik – Joost weer zie. Hoe en wat weet ik niet. Soms ben ik bang dat het misschien niet zo is en we ons zelf voor de gek houden.

In zijn boek schrijft hij – en hij zei dat ook in het interview – dat hij onder de indruk was van het sterven van zijn zoon. Hij (Tonio) heeft iets gedaan, wat A.F.Th. nog nooit gedaan heeft. Hij bewondert zijn zoon er om. Ik vond dat een heel verrassende emotie. En gek genoeg troostte het mij een beetje: Joost kon het. Wij dus ook, straks. (Natuurlijk weet ik wel dat je sowieso dood gaat, maar het sterven is misschien toch een kunst)

Zijn vrouw vertelt halverwege het interview dat van der Heijden, in tegenstelling tot haar, zich schuldig voelt over zijn dood ‘dat hij niet op die plek was toen Tonio verongelukte .. dat hij hem daarvoor niet heeft kunnen behoeden’.

Dit is heel verrassend. Is het iets van mannen? Frank heeft (en nog is het moeilijk) veel het gevoel gehad dat hij tekort geschoten heeft tegenover Joost. Had hij niet meer moeten doen, zeggen, enz. Het is niet echt een groot schuldgevoel, maar toch… Hij heeft wel heel veel moeite en verdriet over het lijden van Joost, het in zich zelf opgesloten zitten door de algehele verlamming. Daar heeft Frank heel veel moeite mee. Mij kan het ook verdrietig maken, maar indertijd was ik hier anders mee bezig. Er moest gezorgd worden…

“Ik denk dat berusting nog steeds ver weg is. Ik beschouw Tonio’s dood als een grote nederlaag.. — Ik draag de volledige verantwoordelijkheid voor zijn einde… – Zo voelt dat nou eenmaal. – Dat is een van de irrationele dingen in mijn rouw namelijk dat ik nog steeds die schuld met me meesleep”.

Ik mag hopen dat hij nooit berusting vindt. Misschien wel rust in zijn zoektocht naar een zinvol leven met de leegte en het gemis, naast de andere dingen die belangrijk zijn voor hem. Het gemis zal ook zin geven, uiteindelijk. (Niet – Nóóit de dood van Tonio, Joost en al die anderen.) Die rust wens ik hem toe.

Als je rouwt zit je in een emotionele 8-baan en er is weinig rationeels in je gevoelens.  En hoe lang je je irrationele emoties en gevoelens bij je houdt is niet van belang. Van belang is dat je er mee leert leven. (Denk ik.)

” Nu ik ehh… Het zou mooi zijn. — Zo voelt het nog niet. Je zou kunnen terugkaatsen dat ik nog steeds bezig ben alles van Tonio, alles rondom zijn dood maar ook alles uit zijn leven vorm te geven. Dat ik zelfs denk aan zo’n Metro-roman; een onderwereld roman waarin ik het met hem kan hebben over  het verdere verloop van zijn eventuele leven. Ja ik ben constant bezig met de vormgeving daarvan. — Niet alleen maar schuldgevoel…– hoe gek het ook klinkt, ik heb het creatief gemaakt. En dat hoop ik te blijven doen.”

Prachtig. Wat mij betreft is dat ook al herstel. Hij doet het enige waar hij goed in is: schrijven, creatief bezig zijn. Als je dat zo magistraal kan doen… Dat is een gave.

Misschien kan ik zeggen, dat ik door alles wat we meegemaakt hebben beter naar anderen kan luisteren. Ik voel geen drang meer om oplossingen aan te bieden. Ik luister alleen. Soms zeg ik wat over mijn eigen ervaringen. Dat is het wel zo’n beetje.

Uit een lied van Bob Dylan.

Now I’ve heard about a guy who lived a long time ago
A man full of sorrow and strife
That if someone around him died and was dead
He knew how to bring him on back to life

Well I don’t know what kind of language he used
Or if they do that kind of thing anymore
Sometimes I think nobody ever saw me here at all
‘Cept the girl from the red river shore                            

Red River Shore / Bob Dylan

Wat een prachtige tekst van Dylan.  En wat v.d. Heijden hierboven zegt is zo invoelbaar. Hij zoekt het gemis via zijn talent. Natuurlijk is het enige wat je wilt: je kind weer in leven. Hoe dan ook. Ik geloof er wel in: dat taal, poëzie, enz. je kind tot leven kunnen wekken (anders leven). Hoe dat bij mij vorm krijgt? In de ontmoeting misschien met anderen, in het elke dag aan hem denken. Dat is niet altijd verdrietig en ook niet altijd heel nadrukkelijk. Maar altijd is er ergens een moment dat Joost in mijn gedachten is. Het zou erg zijn als dat niet meer zo zou zijn. Soms word ik bij Joost bepaald als ik mijn achterneefje van 4 jaar zie, of een foto van mijn neef (oom van mijn achterneefje). Joost leek op mijn neef en mijn achterneefje lijkt op Joost en op zijn oom. Soms maakt me dat verdrietig. Hoe zou het nu zijn met Joost, als 14-jarige? Wat zouden zijn hobby’s zijn, hoe zou hij met onze meiden omgaan, hoe zouden hij en Bart met elkaar optrekken? Zouden ze broers door dik en dun zijn?

Ik vind het nog steeds zo zonde, dat zijn leven gestopt is. Wat een verspilling van talent, denk ik weleens.

Bij mij kwam ook de gedachte op dat blijkbaar niemand kan leven met een ‘niets’ na de dood. Ook A.F.Th. v.d. Heijden zoekt Tonio, hij wil hem ‘beleven’. Je zou die ‘eredienst’, zoals hij het noemt afgodisch (is dat een bestaand woord?) kunnen noemen. Je kan ook zeggen dat dit een denkbeeldig standbeeld is van zijn zoon. Maar of hij hem overal in zal kunnen terug vinden?

Verdient Tonio niet een eigen plek? Ik weet het niet. Ik ben erg terughoudend geworden met oordelen over iemands wijze van omgaan hiermee. Het is zo teer, maar ook zo eigen.

Veel mensen vinden het depressief dat hij zo lang buiten de publiciteit is gebleven. Ik geef het je te doen: altijd maar mensen die naar je kijken, die over je praten en je misschien ‘verkeerde’ vragen stellen, of vragen die verkeerd vallen. Wij konden in de anonimiteit van ons bestaan, zonder nieuwsgierige papparazzi, over straat. Ik snap wel dat hij dat niet opzocht. Hij kwam heus wel uit huis, maar niet in de publiciteit.

Hieronder nog even de gedachten van Bonhoeffer over de leegte, het gemis, dat niet opgevuld moet worden. Ook niet met God. Die is geen doekje voor het bloeden:

— Als je van elkaar houdt en je bent door de dood van elkaar gescheiden, dan is er op de wereld niemand en niets die de leegte van de afwezigheid kan vullen. Probeer het maar niet, want het zal je niet lukken. Aanvaard liever het gemis dat je is overkomen. Dat klinkt erg hard, maar het is een grote troost. Want zolang die leegte werkelijk leeg blijft blijf je daardoor met elkaar verbonden. Zeg niet: God zal die leegte vullen, want geloof me, dat doet hij niet. Integendeel: Hij houdt die leegte leeg en helpt ons zo om de vroegere gemeenschap met elkaar te bewaren, zij het ook in pijn. Maar dankbaarheid zal de prijs der herinnering veranderen in stille vreugde. De mooie dingen van vroeger zijn geen doorn in het vlees, maar een kostbaar geschenk dat je met je meedraagt. (Ik moet je zeggen dat ik daar toen niet vatbaar voor was. Ik wilde geen herinneringen. Ik wilde Joost, potdomme!) Zorg dat je niet blijft graven in herinneringen, maar doe het van tijd tot tijd. Ook een kostbaar geschenk bekijk je niet aldoor, maar alleen op bijzondere ogenblikken. Buiten die ogenblikken is het een verborgen schat, een veilig bezit. Dan wordt het verleden een blijvende bron, van vreugde en kracht.

Wat ik in het rood heb geschreven vind ik wat ingewikkeld, maar als je er zo mee om leert te gaan: prachtig. Dat van die verborgen schat spreekt me aan. Zo voelt dat met Joost. Een veilig bezit zijn al die herinneringen.

Lieve groet,

Diana

Depressie 4

And if my thought-dreams could be seen
They’d probably put my head in a guillotine
But it’s alright, Ma, it’s life, and life only    Bob Dylan

Laat ik beginnen met te zeggen dat ik dit ‘proces’ met tegenzin afmaak. Maar ik wil een ‘eerlijke pentekening’ van mijn bestaan op deze website… Zo nu en dan kom ik hier, op deze plek van wanhoop, blijkbaar terug.

Het nieuwe medicijn werkte dus niet bij mij. Ik ben weer terug in het oerwoud waar ik, jarenlang heb ingezeten en waar, naar ik hoorde van mijn jongere broer en ook wel wist, mijn moeder veel aan leed…? Ze slikte een groot deel van haar leven rustgevende middelen. Nu ik er zelf weer in zit wil de ‘kleuren’/ingrediënten van deze werkelijkheid schetsen.

film-quasimodo12Quasimodo

Q. is voor mij het beeld van de gevoelige (muzikale) mens die zich heeft teruggetrokken omdat hij/zij denkt dat hij ‘lelijk’ is… Ik was diep onder de indruk van die film in mijn jeugd. Op de een of andere wijze eindigen veel van mijn interacties met mijn omgeving, dezer dagen, in een ‘gekwetste nederlaag’. Noem het ‘slachtoffer’, noem het ‘(aan)klager’; anyway je eindigt bloedend, verwond en met een gevoel van ‘er is iets mis met mij’ / ik ben niet geliefd… Natuurlijk weet ik dat dit niet zo is maar mijn optreden is vaak ook ‘net mis…’; soms ronduit ongelukkig. De vraag is zelfs in welke categorie dit blog valt… Dat heeft ook met een tweede punt te maken.

Deze tweede dimensie in mijn optreden heeft met een kenmerk van mijn persoonlijkheidsstructuur te maken: ik ben een ‘ambivert‘. Ik ben voor een flink deel extravert maar voor een even groot deel introvert. De depressieve ‘ontwikkelingen’ hebben daardoor van de ene kant het effect dat ik de neiging heb mijn lijden uit te venten en/of naar buitengerichte afleiding te zoeken maar er is evenzeer een behoefte om mij terug te trekken. Mijn broer trok zich helemaal terug op/in zichzelf en vereenzaamde. Gelukkig treed ik, hoe ingewikkeld ook, naar buiten. En dan bedoel ik niet eens zozeer dit/deze webblog. Het maakt dat ik onder de mensen blijf en redelijk tot normaal functioneer, in de maatschappelijk zin. Mijn werk is in deze zelfs een gezonde afleiding.

Het derde ingrediënt is de gegeneraliseerde angststoornis; de permanent aanwezige ‘paniek’. Hyperalert; maar dodelijk vermoeiend. Voortdurend een steen die op je borst drukt. Je lichaam en geest afwisselend in de Flight-Fight-Submit-Freeze modus. Zelfs mijn fysieke gang krijgt in deze tijd iets gebogens en kreupel… (zie: Q)

Deze ingrediënten vermalen zich in mijn hoofd tot een heen en weer golvend gepieker waarbij het grootste deel van de gedachten gaan over een vooronderstelde religieuze verlorenheid. Ik ben fundamenteel en totaal ‘niet OK‘. Uiteraard heeft mijn jeugdige kerkelijke achtergrond flink bijgedragen aan deze ‘vorm’ van innerlijke monoloog. Zo werkt het in ieder geval bij mij. Het lastige met dit soort ‘stoornissen’ is dat iedereen heeft te dealen met zijn of haar eigen ‘blend’. Waardoor het bij iemand anders net weer effen anders is… Geen lichaam en/of levensverhaal is hetzelfde…

(Ik weet niet eens meer of ik in mijn blogs wel een keer over mijn opvoeding heb gesproken. Ik had, vanwege de gezondheid van mijn moeder, niet geboren moeten/mogen worden (ze heeft drie maanden gehuild toen ze zwanger was van mij) en mijn vader zei rond mijn zeventiende dat hij nooit een dag plezier van mij had gehad. Ik was een levendig en temperamentvol kind die soms meerde keren per dag een pak slaag kreeg van zijn driftige vader. De boodschap aan mij was in ieder geval dat ik in en in slecht was en dat het nooit goed met mij zou komen.)

Het dagelijkse eindresultaat van dit proces is een gespannen en versomberd mens. Een stressmodus die maar niet op ‘uit’ wil gaan. En wat doe je ‘als niks werkt’? Troostend is het dat ik dit soort stemmingen en verwarringen lees van mensen als Guardini en Henri Nouwen. Ton Lathouwers en zijn Zen. Zij zijn mijn ‘bakens’ in de nacht… Zij brengen mij nergens; zij helpen mij daar te zijn waar ik nu ben.

En natuurlijk ben ik bezig om een nieuw medicijn uit te proberen. Maar voor dat je weet of dat wel of niet werkt ben je weer twee maanden verder…

Na een ontmoeting met een vriendin van ons kwam er nog een lastig aspect van dit soort stemmingen naar voren. Het meest gevaarlijke moment is dat je in je wanen gaat geloven.  Of in de zin van dat iedereen je in de steek laat en dat je het dus wel heel slecht heb getroffen met je omgeving of het moment waarop je in je ‘zelf-evaluaties’ gaat geloven… Of het moment waarop je jezelf met je ‘gedachten en gevoelens gaat identificeren; ‘Ik’ ben die gedachte/dat gevoel…

Now, little boy lost, he takes himself so seriously
He brags of his misery, he likes to live dangerously      Bob Dylan

O ja en muziek. Met een vette glimlach van zelfspot: ‘Nobody knows you when you’re down and out

Writer’s block blog (1)

Het ontbrekende kan niet geteld worden

Het is nu al bijna twee maanden stil geweest op deze plek. Hoe maak je op je website zichtbaar hoe je leven, op de achtergrond van je blogs, zich bij tijden voortsleept zonder dat er een appel van uit gaat om zielig gevonden te worden?

Het gezin waar ik deel van uit mag maken is geen uitzonderlijk fenomeen. Twee volwassen kinderen die na hun studie hun weg zijn gegaan en hebben gevonden. Weinig vasts en vaak onder de zwarte vlag van bezuinigingen; maar ze doen het fantastisch. Twee van een geheel ander kleur nog bij ons thuis die hun stinkende best aan het doen zijn om een goede basis te leggen voor die onzekere toekomst. Daaromheen hebben inmiddels drie fantastische ‘schoon’-kinderen aan/ingehaakt. Een fantastische ‘bunch’ die ook nog eens heel goed bij elkaar passen. De spanning zit hem in de onzekerheden om hen heen. Bezuinigingen, reorganisaties en onzekerheden rondom ‘verblijf’ e.d. zitten hen op de huid. Wij (en zij) houden ons hart vast bij deze verhalen. Maar dit is geen nieuws; dit is er altijd geweest en zal altijd zo blijven. (Alleen is deze crisis wel erg hardnekkig…)

9056701789Maar dat zit me allemaal niet dwars. Kost wel veel energie, maar toch. Is het dat ik 60 ben geworden en twee mensen van heel dichtbij zijn overleden? Mijn schoonzus en mijn laatste en liefste oom? Is het de zo nu en dan weerkerende depressie die opspeelt? Afscheid van vrienden? Dat soort ervaringen waren echter vaak ook weer inspiratie tot schrijven…

>>>>>

Overigens een prachtig interview in Trouw van 26 januari met psychiater Wibo Algra die betrokken is geweest bij de ontwikkeling van de DSM V. Zeer herkenbaar die contaminatie van gevoelens en gedragingen…

Citaat: “We denken dat er bij ziekten als schizofrenie of depressie allerlei symptomen zijn die weer andere symptomen oproepen. Als je somber bent, ga je vanzelf denken dat mensen negatief over je denken. Die gedachten kunnen stemmen worden die je dat vertellen. Dan ga je je misschien wel terugtrekken, je komt niet meer de deur uit en gaat jezelf verwaarlozen. Anderen worden er misschien wel heel angstig van, gaan mensen in paniek bellen of veel drinken. Die oorzakelijke ketens hebben we wellicht gemist. We gingen er te veel vanuit dat symptomen braaf allemaal tegelijk ontstaan door een genetisch probleem. Alsof het levensverhaal van patiënten er helemaal niet toe doet.”

>>>

Nee, er is denk ik sprake van een diepe breuk in mijn leven; het is mijn werk denk ik. De laatste jaren raakte ik betrokken bij het werken aan een inspirerende toekomstvisie voor de school waarop ik werk en een toekomstvisie voor het werkveld van de studenten. Dat gaf mij een boost. Met een paar mensen zouden we nieuwe inspirerende concepten en netwerken bij elkaar gaan brengen of zelf bedenken. Een betekenisvolle bedrijfsvoering voor de agribusiness. En ik zou me vooral richten op ‘de ziel‘ van ondernemen.

In de twee jaar tijd is er geen enkel product uit onze vingers gekomen. Alleen een paar blogjes van mijn hand en een meter boeken in mijn kast. Teveel ego’s om synergie mee te creëren? Heb ik mijn eigen bijdrage/deskundigheid overschat? Ik ben eruit gestapt.. ‘Een heel goed idee’; zei een van de andere ego’s. Pijnlijk dus.. En nu is ook nog eens onze directeur opgestapt die mischien wel de kartrekker was van al deze dingen. Hiermee verliet de ziel de school? Ik wilde nog 6 jaar meewerken aan die toekomst… Voor het eerst denk ik echt aan mijn pensioen…

Bevind ik mij in overgangen die mij in mijn fundamenten raken? Ik ben 60 en definitief een bepaald soort lichaam met bepaald soort mogelijkheden kwijt. Ik heb echt heel erg fantastische en lieve kinderen. Maar voor mijn kinderen thuis ben ik vader en vraag ik van hen geen steun. Maar voor wie de deur uit zijn? Ik merk dat ik op de een of andere wijze zoek naar een nieuw cont(r)act.. In mijn hoofd heb ik vaak het beeld van een meertrapsraket. Wij hebben ze gelanceerd en ik land vervolgens in zee en zij..? Maar nu doe ik aan wat we nu hebben geen recht. Toch is er op een of andere wijze een distantie/afstand? Ik zoek naar beelden en verbindingen ‘over’ die seperatie heen..

Op mijn werk doe ik vaak alleen nog datgene wat ik al jarenlang deed. Nee; ik ben geen ‘Grumpy Old Man’ ook al speel ik daar wel vaak mee. Ik ben nog steeds gedreven; maar mijn werk heeft geen duidelijke bedding en/of helder perspectief meer terwijl mijn lichaam en geest misschien nog wel 25 jaar voor zich heeft (D.V. /Insha’Allah). Ik wil heel graag echte uitdagingen en verbindingen over mijn ‘pensionering’ heen. (Ouder worden en werk) Of is dit mijn ontkenning van de dood? Natuurlijk is opa zijn een mooi iets maar dat is geen ‘werk’? Ik moet heel hard aan de slag om opnieuw geboren te worden… En ik heb wel een idee, maar dat wordt een volgend blog..

Nee ik wil hier geen chachrijn communiceren maar wel leven in zijn weerbarstigheid..

Bob Dylan – “11 Outlined Epitaphs” (1963)

Al’s wife claimed I can’t be happy
as the New Jersey night ran backwards
an’ vanished behind our rollin’ ear
“I dig the colors outside, an’ I’m happy”
“but you sing such depressin’ songs”
“but you say so on your terms”
“but my terms aren’t so unreal”
“yes but they’re still your terms”
“but what about others that think
in those terms”
“Lenny Bruce says there’re no dirty
words . . . just dirty minds an’ I say there’re
no depressed words just depressed minds”
“but how’re you happy an’ when ‘re you happy”
“I’m happy enough now”
“why?”
“cause I’m calmly lookin’ outside an’ watchin’
the night unwind”
“what’d yuh mean unwind?”
“I mean somethin’ like there’s no end t’ it
an’ it’s so big
that every time I see it it’s like seein’
for the first time”
“so what?”
“so anything that ain’t got no end’s
just gotta be poetry in one
way or another”
“yeah, but . . . “
“an’ poetry makes me feel good”
“but . . .”
“an’ poetry makes me feel happy”
“ok but . . . “
“for the lack of a better word”
“but what about the songs you sing on stage?”
“they’re nothin’ but the unwindin’ of
my happiness”

Bob Dylan en Tempest: wat gedachten en de teksten

Ik luister al vanaf mijn 14de naar Dylan dus ik ken elke opening, elk rifje of loopje. Daarnaast ben per definitie positief; alles wat hij doet is …. Verwacht dus geen objectief of neutraal commentaar. Toch wil na een paar weken luisteren wel iets kwijt.

In de eerste plaats de muziek. Ik had de laatste jaren dat maar twee tot drie nummers mij gelijk pakten. Hier had ik toch al snel 4 nummers die mij gelijk in de ban hadden (Duquesne Whistle, Narrow Way, Long and Wasted Years, Tin Angel). Verder vond ik het geheel heel toegankelijk. Wel een gevoel van ‘ heb ik dit eerder gehoord?’. Zoals de opening van Long and Wasted..; opende I Can’t Wait niet net zo?

Maar wat me in ieder geval verraste was het ‘geluid’ en het ‘first take’ gevoel. Iets waar hij  steeds opnieuw naar zoekt als hij de studio in gaat (lees ‘Bob Dylan in de studio’). Een helderheid en heel directe opname; erg mooi! Zelf had ik overigens Larry Campbell er graag bij gehad.

En dan de teksten (Tempest Lyrics). Ook hier lijkt hij op zijn klassieke wijze te werk zijn gegaan. Een thema & stemming & verloop & regels & strofen. En daar wordt net zo lang aan geknipt en geplakt tot het dat ‘verteld’ wat ‘hij wil’. Ik associeerde het met zijn schilderwerk. Die beelden kwamen zelfs spontaan bij mij op. Figuratieve werkjes waarbij de ‘zaak’ heel open blijft. ‘Hetzelfde werk’ kan met een verandering van kleur een heel ander karakter krijgen. Dat doet hij ook met zijn teksten en ritmes (Mississippi). Maar er resoneert altijd wel iets in mij. Maar daar ligt dan gelijk zijn kracht; iedereen hoort zijn eigen leven en verlangen resoneren. Nog iets over de stemming. Hij wilde “something more religious … intentionally, specifically religious songs.” maken. Ik beleef het zelf toch wel als een heel ‘fataal’ verhaal. Veel dood en verderf en tenslotte gaat alles naar de bodem van de oceaan. Maar er is ook liefde en en levensmoed.

Het is niet zijn beste maar wel meesterlijk als je op die leeftijd nog zoiets moois kunt maken; hij ‘ain’t dead yet, his bell still rings’. Ik ga er van uit dat iedereen inmiddels weet dat de voorkant van Carl Kundmann vandaan komt.

Hier wat sprokkelhout wat ik op de kust vond. Early Roman Kings / Narrow Way  Duquesne Whistle / Scarlet Town / Pay In Blood

En een eerste bespreking van Mojo en deze The Rage in Bob Dylan En hier een prachtige bespreking

‘Most of the time’; Maar soms is er de wanhoop.

Most of the time
My head is on straight
Most of the time
I’m strong enough not to hate
I don’t build up illusion ’til it makes me sick
I ain’t afraid of confusion no matter how thick
I can smile in the face of mankind
Don’t even remember what her lips felt like on mine
Most of the time

Ja, meestal red ik me redelijk goed. Maar zoals vanochtend is het als een moeras waar ik me doorheen moet werken. Een ‘diepe’ wanhoop omklemt me. Om mezelf gerust te stellen gaan er allerlei diagnoses door mijn hoofd. Nee depressie was het dus niet; angststoornis.. Maar wie weet is het iets borderline-achtigs? Of toch licht bipolair? Soms denk ik aan en vorm van autisme? Een dagelijkse wanhopige ondergrond/afgrond onder me. ‘The blues’. Als ik weet wat het is dan…?

Zou dit hetzelfde zijn als de demonen van vroeger? De aanvechtingen van satan bij Luther? De vrouwen bij de pilaarheilige? Nou hebben ze bij mij niet de vorm van sex…  De ‘demonen van de namiddag’; acedia? Ik weet nog dat ik het boekje van Grun ‘Strijd tegen de demonen’ heel verhelderend vond. Meerdere keren gelezen. Ik blijf er over lezen. De moderne hersenpsychologie heeft ook weer nieuwe inzichten gegeven. Maar veel daarvan blijft toch dicht in de buurt van een fundamenteel ‘gevoel’ van paniek….

Een paar inzichten zijn mij door de tijd heen bijgebleven.

Er is geen ontkomen aan. Fundamenteel is de ‘wanhoop‘ een gegeven. Welke namen daaraan ook worden gegeven door filosofen en theologen als Kierkegaard en Merton. Vrees en beven, void/dread/despair/desolation, leegte. Iedereen wordt op een keer geconfronteerd met zijn ‘totalitaire’ machteloosheid, schuld, zinloosheid en vreselijke eenzaamheid. Er is geen ontkomen aan. Oké; er zijn heel veel vluchtroutes zoals een relatie, verdoving en afleiding. Maar dan worden we de volgende ochtend weer wakker: we vallen en er is geen bodem…

Er omheen is een illusie… Dus is er maar een weg? Er doorheen. Voor mij is dat dan ook vaak stap 1 in dit soort situaties.  Naar binnen gaan bij dit vreselijke beest. Nee, dit is geen ‘zwelgen in de wanhoop’ zoals ooit een vriend tegen mij zei. Integendeel. Het is: ‘houdt uw hart in de hel maar wanhoop niet’. Het is gaan zitten en de emotionele stormen over en door je heen laten gaan. Het is de ‘feitelijkheid’ in de ogen zien. Het is zoals het is; hier en nu. Ik denk dat dit ook de ongelooflijke waarde van veel goede zen literatuur is. Ik geloof dat daar, voor mij, onvoorstelbaar veel van te leren is. Voor mij als gelovige is het me laten dopen in de wanhoop van Jezus. Ervaren wat de verbijsterende machteloosheid en godverlatenheid is. Die voor iedereen onontkoombaar is. De nacht van de mystieken? Dan lijkt het me toch nog weer dat het iets ‘positief’ is; en dat wil ik niet. Ik wil het absoluut niet mooier maken als het is…

De tweede dimensie heb ik in het bijzonder van Cynthia Bourgheault geleerd. Zij spreekt dan over ‘verwelkomen‘ een ‘befriending’ zoals ik het zelf zou noemen. Wij hebben het hier over de wereld van ‘centering prayer‘. Zij ziet drie stappen(143):
1. Focus and Sink in
2. Welcome
3. Let Go
Bij  mij heeft dat het karakter gekregen van een ‘begroetingsritueel’ naar mijn stemming. Een afdaling in een diepe gewaarwording/awareness. Diepe ademhaling(en) en zien en voelen dat wat er is aan gedachten/ herinneringen/ angsten en gevoelens in/aan mijn lichaam. Een vriendelijke ontvangst, verwelkoming en aanvaarding van ‘dat wat is’. Bij elkaar op de koffie gaan.. Luisteren en na een groet verder (laten) gaan. Deze wijze van er mee omgaan herken in de compassionate mindfulness; wat gezien de wortels daarvan (in Zen), niet zo verwonderlijk is.

Als je rust wil; aanvaard dan de onrust.
Als je zonder angst wil leven; omarm dan de angst
Als je overvloed wil; wordt dan een vriend van de armoede
Als je vrij wil zijn; verwelkom dan de onvrijheid
Als je vrede wil; aanvaard dan de ‘strijd’
Als je zonder wanhoop wil zijn; ga dan wonen in de wanhoop
Als je alles wil; leer dan in vrede leven met niets
Als je gelukkig wil zijn; sluit dan vriendschap met het ongeluk
Als je wil leven met God; durf dan te leven zonder Hem           (Bron ?)

Haal ik hiermee de angel uit deze werkelijkheid? Dat is in ieder geval niet mijn bedoeling. Dit wil geen ‘oplossing’ en/of ‘genezing’ zijn. Zelfs de beweging rondom de mindfulness maakt er soms toch weer een weg naar geluk van. Nee er is geen ontkomen aan de wanhoop. Maar het heeft ook geen laatste woord…. Je gaat er doorheen en je kunt soms weer gewoon aan het werk.. Hou je er iets goeds aan over? Mooi voor je. Hou je er niets aan over? Beter…. Voor mij heet dat laatste ‘geloven’. Gewoon serieus nemen dat wat is… Wil je iets ontvangen? Wees dan tevreden met niks.

Over de dood 3 en Bob Dylan

Not Dark Yet

Shadows are falling and I’ve been here all day
It’s too hot to sleep, time is running away
Feel like my soul has turned into steel
I’ve still got the scars that the sun didn’t heal
There’s not even room enough to be anywhere
It’s not dark yet, but it’s getting there

I was born here and I’ll die here against my will
I know it looks like I’m moving, but I’m standing still
Every nerve in my body is so vacant and numb
I can’t even remember what it was I came here to get away from
Don’t even hear a murmur of a prayer
It’s not dark yet, but it’s getting there

Dit jaar wordt ik 60…. Toch wel een schokkende ervaring. Ik nader grensovergangen in mijn bestaan. Mijn vader was op deze leeftijd bijna met pensioen. De dingen waar ik op mijn werk mee bezig ben hebben meestal een conceptie, ontwikkel en implementatietijd van zo’n vijf jaar. Mijn zoektocht naar spiritualiteit en onderwijs is dus mijn laatste project op school…? En dan? Natuurlijk vind ik een weg…, maar toch. Niet meer tot de bouwers van deze wereld behoren..

Ik zie mezelf terug in de jonge honden op school; zo was ik 30 jaar geleden. En zij kijken tegen mij aan als ik toen keek naar de ‘oude mannen’…. Ik vind het een lastige ervaring. Over vijf jaar niet meer te mogen werken.. Beginnen aan de laatste fasen van mijn aards bestaan. Inderdaad een bepaald soort donkerheid dringt zich aan mij op. Ik vind mezelf nog volop in de running en ik ben niet cynisch geworden; maar toch.. Alles krijgt een perspectief van ‘eindig’.

Ik zal mezelf dus voor de zoveelste keer opnieuw moeten uitvinden. Die einder in mijn levensloop/’carrière’ en die eindigheid in mijn lichaam en een ‘God in mijn dood’; ik zal een weg daarin moeten zien te vinden. Dit is m.i. de essentie van spiritualiteit: een weg om te gaan vinden. Leefbaarheid op de oudere dag. Iets waar Frits de Lange prachtig over schrijft. Een leefbare dood.

Mississipi
But my heart is not weary, it’s light and it’s free
I’ve got nothin’ but affection for all those who’ve sailed with me

En toch heeft mijn leven inderdaad iets ‘lichts’ gekregen. In de eerste plaats ben ik niet bang meer voor het oordeel van anderen. Wel gevoelig/kwetsbaar maar niet meer bang. Dat heeft mij vrijgemaakt om die dingen te doen waar ik in geloof. Is dat iets van leeftijd? Ik durf te kiezen voor wat ik nog wel doe en wie niet… Pijnlijk maar het geeft wel een goed gevoel van een volwassen focus.

Daarnaast is mijn vertrouwen in God toegenomen. Hoe dat kan weet ik ook niet. Ik heb geen voorstelling van de ‘Highlands’ en toch een gevoel dat ik er met een been in ben. Ik ben niet meer bang voor de dood? Ook dat maakt mijn leven lichter.

En Bob Dylan? Die verwoord dit soort gevoelens prachtig. Steeds als dit soort gedachten rondom ‘eindigheid en hoop door mijn hoofd spelen denk ik aan deze teksten en liedjes… En natuurlijk weet ik dat hij dit niet niet bedoeld heeft. Maar daarom is het ook poëzie. Zij teksten spreken veel meer uit dan ze zeggen.

Highlands

Every day is the same thing out the door
Feel further away then ever before
Some things in life, it gets too late to learn
Well, I’m lost somewhere
I must have made a few bad turns

I see people in the park forgetting their troubles and woes
They’re drinking and dancing, wearing bright-colored clothes
All the young men with their young women looking so good
Well, I’d trade places with any of them
In a minute, if I could

The sun is beginning to shine on me
But it’s not like the sun that used to be
The party’s over and there’s less and less to say
I got new eyes
Everything looks far away

Well, my heart’s in the Highlands at the break of day
Over the hills and far away
There’s a way to get there and I’ll figure it out somehow
But I’m already there in my mind
And that’s good enough for now