Een humeurige oude monnik barstte vaak in woede uit.
Hij schaamde zich diep over zijn gedrag.
Op een dag besloot hij: “Het is beter voor iedereen
dat ik de gemeenschap verlaat om me in de woestijn terug te trekken,
daar zal ik niemand tot last zijn.”
Hij begaf zich op weg en leefde van toen af alleen in een spelonk.
Op een dag ging hij een kruik water halen aan de bron.
Hij zette de kruik op de grond en ze viel om.
Hij vulde ze opnieuw en weer viel ze om.
Ziedend van woede smeet hij de kruik kapot op de grond.
De arme kluizenaar, beschaamd over zijn reactie had zijn les geleerd.
Om een karakterfout te verbeteren moet je er niet van weglopen
maar ze overwinnen.