“He not busy being born is busy dying”
De afgelopen weken speelt deze zin uit een lied van Bob Dylan vaak door mijn hoofd. Ik heb hem altijd geassocieerd met de gedachte dat wij voortdurend bezig moeten zijn ‘nieuw’ geboren te worden. Echter…
In mijn paper wilde ik mij verdiepen in het denken van Thomas Merton over geestelijke begeleiding. In 2002 stuitte ik in de VS tijdens een conferentie over Merton, op het volgende door hem vertaalde Sufi gedicht(van Abdul Aziz):
Verlatenheid
Voor de dienaar van God
Is troost een gevaarlijk oord
Dat kan hem misleiden
(Omdat hij dan slechts aanvaardt wat hij ziet,
voelt of kent)
Maar troosteloosheid is zijn thuis
Want in de troosteloosheid wordt hij gegrepen door God
En volledig overgenomen in God
In de duisternis, in de leegte,
In het verlies, in de dood van het zelf.
Dan is het zelf slechts as. Zelfs minder dan as!
Deze desolation was voor mij een zeer vertrouwde ervaring…. Ik vertaalde dat zelf met het woord wanhoop. Ook dat was ik al eens tegengekomen bij Merton toen hij de heilige van Siloam citeerde die ten tijde van een diepe depressie een Godswoord ontving: “Houdt uw hart in de hel maar wanhoop niet…”. Voor mij dus de vraag: zou de wanhoop een plaats van Godsontmoeting/Godgeboorte kunnen zijn?
Ik was in de afgelopen jaren op twee artikelen van Merton gestuit waarin hij expliciet op de geestelijke begeleiding ingaat. Een uit 1959 en een uit 1967
Ik ben beide artikelen gaan vertalen en vervolgens zeer grondig gaan analyseren vanuit het model van Kees Waaijman voor de geestelijke begeleiding. Monikkenwerk; regel voor regel. Dit om de visie op de kern van de begeleiding; de omvorming en de onderscheiding, in het desbetreffende artikel helder te krijgen.
In het eerste artikel(1959) kwam ik tot de conclusie dat, in reactie op de sterk moraliserende focus in de geestelijke begeleiding van die tijd, zijn focus ‘het ware zelf’ was. Dit innerlijk zelf; ‘Christus in ons’; de geestelijke mens staat in de begeleiding centraal. Dat is het doel van de godmenselijke omvorming. Vanuit het model van Kees Waaijman gelezen, zou je hierbij kunnen denken aan de Vorming in schepping/herschepping. Een woord dat Merton daarbij ook vaak gebruikt is authenticiteit. Hij verzet zich, vanuit dit begrip, tegen schijnvroomheid en uiterlijke moeilijkdoenerij. Voor hem is het een zoektocht naar: ‘Man fully alive’
In het tweede artikel van 8 jaar later gaat hij te rade bij de woestijnvaders. Hier krijgt de omvorming m.i. een heel ander karakter. Er vallen woorden als gehoorzaamheid, de cel en de zuiverheid van het hart. De cel is daarbij de vurige oven van loutering. Hier komen we dan ook het citaat van Siloam tegen over de cel als hel. De strijd met het illusoire ego staat hier centraal. De geestelijke weg en de begeleiding krijgen hier een ontmaskerend en pijnlijk karakter.
Maar hier moet ik ook iets van mijn ontdekking vertellen. Toen bijna klaar was met de vergelijking van de twee kwam ik op het idee om de verschillende woorden, die voor de omvorming gebruikt werden, te gaan tellen.
Ik was daarvoor al tot de conclusie gekomen dat het einddoel van de omvorming in de beide toch wel wat anders verwoord werd. Het eerste artikel door de authenticiteit; het tweede focust veel meer op ‘God’. Ik had in mijn paper die laatste focus de woorden gegeven van ‘het echte uit God geboren zelf’. Toen ik echter in het tweede artikel op zoek ging naar het woord ‘zelf’ kon ik dat tot mijn ontzetting helemaal niet vinden. Hij had het helemaal niet meer over het ‘zelf’ als hij sprak over de volmaaktheid. Hij gebruikte het alleen nog in verband met het ego-zelf….
Dit herinnerde mijn aan het antwoord dat een leerling van Merton kreeg toen hij Merton vroeg hoe het leven er na de dood zou uitzien: ‘There won’t be left much of you there…’
Hierdoor lichtte voor mij ineens het slot van zijn artikel op. Daar in die laatste regels stond het:
Citaat:
“Voorbij aan de integriteit is het geheimenis dat niet omschreven kan worden.”
Er is een gezegde waarin één van de oude mannen God vroeg of hij de Vaders mocht zien. En hij zag ze allemaal met uitzondering van Abba Anthony en hij zei tegen Hem die hem dit liet zien: “Waar is Abba Anthony”? En hij zei tegen hem: Waar God is daar is Anthony”.
Om Freud te parafraseren: ‘Wo ich war soll Gott werden’
Andriessen (de man van de levensloop) zegt ergens dat het menselijke leven een afwisseling is tussen vormvinding en loslaten/overgave. Volgens mij richt Merton zich, in het eerste artikel, op de geestelijke begeleiding van het vormkrijgende moment in ieders leven; van het zich vestigen, keuzes maken en geluk vinden. In het tweede artikel is de focus van de begeleiding de andere kant; die van totale ontvorming waarin veel en soms alles losgelaten moet worden; de Nacht. Een proces wat vaak gekenmerkt wordt door de diepe ervaring van wanhoop. Maar waarin je als begeleider het gevoel krijgt dat hier weleens een heel diepe geboorte in God plaatsvindt; zoals het sterven.
Wat betekenen deze inzichten nu voor mijn werk als GB-er:
1. In mijn stage heb ik ook nog een paper over ‘De Retraite’ geschreven. Gb heeft veel weg van een retraite: een moment, een plek en een vorm waarin het Aangezicht van God wordt gezocht temidden van alles. Je begeleid de bewustwording van de allesdragende, zichzelf onvoorwaardelijk schenkende Presentie. ‘Waarlijk de Heer is aan deze plaats en ik heb het niet geweten…’.
2. En dat dat (scheppings)gebeuren afwisselend het karakter heeft van vormvinding en loslaten. Ik meen voor mezelf iets ontdekt te hebben van de twee benen waarop de geestelijke begeleiding hoort te staan. Je bent en vroedvrouw en stervensbegeleider. En dat de wanhoop wel eens een moment van sterven en geboren worden zou kunnen zijn.
3. En dat dat waar we naar toe op weg zijn niet in woorden & concepten zoals ‘ik’ /zelf uit te drukken is; het is zelfs iets wat voor ons oog ‘onzichtbaar is’. (‘Gij zult u geen gesneden beeld van uzelf maken’) Iets wat God allang was en zal zijn: ongelooflijke schoonheid en onvoorstelbare ‘crazy’ liefde. Een oneindig voortgaand gebeuren van worden en ontworden… Zijn: Ik ben
“busy being born & busy dying”
Een dagelijkse eucharistie; van sterven en opstanding: Pasen. Christusgeboorte.
Tot God alles in allen is.
Of is God dat niet allang maar zien wij het niet?
Rinie Altena; 25 mei 2007 (speech bij mijn inwijding)
Pingback: Spiritualiteit en onderwijs; Lia van Aalsum | Rinie Altena
Pingback: Spiritualiteit en onderwijs; Lia van Aalsum | Rinie Altena
Pingback: Eenzaam, alleen en individualiteit. | Rinie Altena
Pingback: In therapie (3) ‘Be-Vindplaats’ van ‘Gd’ | Rinie Altena
Pingback: In therapie (3) ‘Be-Vindplaats’ van ‘Gd’ | Rinie Altena
Pingback: Eenzaam, alleen en individualiteit; Paastijd | Rinie Altena
Pingback: Spiritualiteit en onderwijs; Lia van Aalsum | Rinie Altena
Pingback: Eenzaamheid, wanhoop en Identiteit; Paul Verhaeghe | Rinie Altena