
The only known picture of God. Thomas Merton
Het is onze taak Christus te zoeken en te vinden in de wereld zoals hij is, niet zoals hij zou kunnen zijn. Het feit dat de wereld er anders uitziet dan zou moeten, verandert niets aan de waarheid dat Christus erin aanwezig is. Zijn plan wordt er geenszins door veranderd of verijdeld: alles zal geschieden zoals Hij het wil. Onze advent is de viering van die hoop. Niet de komst van Christus is onzeker maar onze ontvangst, ons antwoord aan Hem, onze bereidheid en capaciteit om ‘uit te trekken, Hem tegemoet’. Wij moeten bereid zijn, zoals Johannes de Doper, Hem te zien en toe te juichen, zelfs op het moment dat ons hele levenswerk ineen schijnt te storten.”
Thomas Merton. Seasons of Celebration, p.93-94. vertaling: Dirk Doms
Verbijsterd was ik….. Geven jullie deze ‘uitrusting’ mee aan jullie studenten? We waren in gesprek over zingeving / levensbeschouwing en de vorming van studenten. Een van de gesprekspartners van onverdacht christelijk huize schetste de problematiek en de mogelijke ondersteuning voor zijn studenten hiervoor in het beroepenveld. Met welke bagage sturen zij hun studenten op weg….
Ik ben nog steeds van slag. Gedegen Algemene Vorming wilde hij ze meegeven met daarin een flink stuk religieuze geschiedenis van onze samenleving, ethische vorming en dat toegespitst op hun beroepenveld. Geloof verworden tot een ‘hoofd’zaak in de vorm van gedegen kennis. En vaardigheden; misschien wel competenties….
Natuurlijk heeft hij dat niet gezegd en al helemaal niet zo bedoeld; maar bij mij gingen alle alarmbellen rinkelen. En natuurlijk schep ik nu even een karikatuur. Maar toch haakten die associaties ergens aan. Zo herinner ik mij mijn eigen evangelische vorming. Ik met mijn ‘geestelijke wapenrusting’ tegen de boze buitenwereld. Teksten leerde ik uit mijn hoofd en heel veel bijbelstudie. Met god boven mij de wereld in..
Ik mag dan volgens sommigen vrijzinnig heten maar ik vond het een bijna geseculariseerd verhaal. Een wereld waaruit Gods Presentie is weggelopen. Deze studenten worden, voor mijn gevoel, letterlijk de woestijn ingestuurd. Ik kreeg met die studenten te doen. Aan hun eigen geloof zijn ze overgelaten. Niet meer dan een paraplu tegen het slechte weer buiten? Vind je het gek dat ze enclaves met ‘mede christenen’ om hen heen opzoeken…
Dit zijn geen intellectuele theologische vragen. Het is iets heel existentieels. Het gaat om een leefbare geleefde spiritualiteit waarin heel veel God is; binnen en buiten. Hij/zij is overal en nergens / is betrokken op deze en gene / verschijnt hier en daar / is immanent en transcendent / liefde door alles heen / verborgen en aanwezig. Uitermate intiem maar niet te grijpen… In de eerste plaats solidair met mijn ander.. Zo’n God maakt het leven spannend en verassend. Er is geen plek/mens die buiten God valt. Je weet van tevoren alleen niet wat je aan hem/haar hebt, maar geeft zichzelf volledig. Is nooit mijn bezit geweest; integendeel. Ik denk dat God heult met alles en iedereen, behalve even niet met diegeen die de ander uitspeelt en buitenspel zet. Zij zouden geen algemeen vorming mee moeten krijgen maar mystieke vorming (Karl Rahner: ‘De vrome van morgen zal “mysticus” zijn, iemand die iets “ ervaren” heeft, of hij zal niet meer zijn..’ 1966)
Wat is dat leuk dat ik in zo’n groep mag zitten en hierover, deze vragen over wat we studenten meegeven, mag meedenken.
Deze ‘mystieke/spirituele’ leef- en kijkwijze heb ik zelf van Thomas Merton geleerd. Ik ben hem daar heel dankbaar voor. Elke student van die school zou vier jaar lang op psalm 139 en deze tekst van Thomas Merton moeten mediteren? Het gaat hier om een ‘bevindelijkheid’ die binnen en buitenwereld als vindplaats van God ziet.
Aan zo’n God heb je m.i. veel meer, voor onderweg, dan aan een cognitief en moreel goed doortimmerd verhaal.
Epiphany Experience
In Louisville, at the corner of Fourth and Walnut, in the center
of the shopping district, I was suddenly overwhelmed with the realization that I loved all those people, that they were mine and I theirs, that we could not be alien to one another even though we were total strangers.
It is a glorious destiny to be a member of the human race … there is no way of telling people that they are all walking around shining like the sun.
I suddenly saw the secret beauty of their hearts, the depths of their hearts where neither sin nor desire nor self-knowledge can reach,
the core of their reality, the person that each one is in God’s eyes.
If only they could all see themselves as they really are.
If only we could see each other that way all of the time.
There would be no more war, no more hatred,
no more cruelty, no more greed…
Conjectures of a Guilty Bystander, New York: Doubleday, 1996