Een goede vriend waar ik al eerder over schreef vertelde het volgende in zijn laatste brief:
….. In mijn serie essays, die bedoeld zijn als verdiepings- en gespreksmateriaal voor nexus-gesprekken ben ik toe aan de woorden aandacht (attentiveness) en intensiteit. Hoe ouder ik word, hoe meer het verlangen naar intensiteit groeit. En dat bedoel ik natuurlijk niet kwantitatief, maar in de betekenis van dieper en voller. De intensiteit van een esthetische belevenis, van een opgaan in een muziekstuk, van een mooi, verdiepend gesprek, van een gezamenlijke ervaring met vrienden, van een ervaring van eenwording en vertrouwelijkheid met God, van een betrokkenheid bij pijn en nood – ik stel me zó voor dat dat allemaal een voorproef van het hemelse leven is, zonder oppervlakkigheid of haast, met volle intensiteit.
Om dat hier en nu te beleven is er volle aandacht nodig. Door mijn onverdeelde opmerkzaamheid ken ik waarde toe aan de persoon die ik ontmoet, de natuur die zich voor me opent, het kunstwerk dat ik zie, lees of hoor, het hemelse dat even voor me opengaat. Daarvoor is tijd en concentratie nodig. De eerste, directe reactie even op te schuiven, om dan naar diepere contactpunten in hart, hoofd en gevoel te zoeken om daarna op een nieuwe plek te kunnen landen waar ik nog niet eerder geweest ben.
Dat samen met anderen te mogen doen en daarmee een Koninkrijk-ervaring te delen met hen – dat is en blijft ons grootste verlangen. Het uit-leven van ons geloof in ontmoeting met anderen, in werkelijke situaties van elke dag – dat is waar ons hart voor slaat. En anderen daarin te begeleiden en toe te rusten. Wij geloven dat dit soort ervaringen diepgaande veranderingen voortbrengen. …..
Deze woorden resoneren met mijn ervaringen met Martin Buber en zijn visie op dialogisch leven. Levenwekkende gesprekken en ontmoetingen…; schepping/ scheppen. Uiteraard gaat het daarbij ook om dit soort ervaringen in de maatschappelijke zin. En dan hebben we het over onderdrukking, armoede en het milieu.
Zelf ben ik sinds mijn pensioen op zoek naar ‘de zin van mijn nieuwe bestaan’. Deze woorden geven datgene weer waar ik naar verlang. Toevallig was ik in de week daarvoor bezig met het idee van een feest voor het vieren van ons veertigjarig huwelijk en ons beider pensioen. Ik wilde dat het iets werd waarin het wezenlijke van ons leven in deze tijd centraal zou staan. Iets in de geest van ons huwelijksformulier waarin we beloofd hadden niet alleen voor elkaar en de eventuele kinderen te zorgen maar ook onze verantwoordelijkheid voor deze wereld vorm en inhoud zouden geven. Hoe kunnen we dus een feest geven waarin zoiets gebeurd?
Hoe kan ik voorkomen dat mijn leven gevuld wordt met gesprekken over verlieservaringen, fysieke en geestelijke achteruitgang en tijdverdrijf. Ik merk dat ik mij als een wanhopige verzet tegen mijn nieuwe bestaan. Het is altijd mijn levensmotto geweest om ‘er toe te doen’. Okay wel een beetje als een wanhopige en om me alsnog te bewijzen t.o.v. mijn vader, maar dan nog. Er zijn slechtere motto’s…
Is er levenwekkend spreken en doen? Zeker weten:
Now, I’ve heard of a guy who lived a long time ago
A man full of sorrow and strife
Whenever someone around him died and was dead
He knew how to bring ‘em on back to life
Well, I don’t know what kind of language he used
Or if they do that kind of thing anymore
Sometimes I think nobody ever saw me here at all
Except the girl from the Red River shore
Red River Shore / Bob Dylan
… en we kunnen dood zijn op vele manieren, inderdaad… en het weer tot leven brengen, daarin ligt onze missie…